Kind & Voeding
Een product van Stoarm

Nieuws

Subsidie voor onderzoek naar koemelkallergie

23/02/2016

Universitair docent dr. Nicolette de Jong van het Erasmus MC heeft voor haar onderzoek naar koemelkallergie een subsidie van € 1 miljoen ontvangen van technologiestichting STW.

Het is de tweede subsidie van een miljoen voor onderzoek naar voedselallergie binnen vier jaar voor de afdeling Allergologie van het Erasmus MC. Eerder werd een grant toegekend voor onderzoek naar cashewnotenallergie.

Koemelkallergie onderschat
Voedselallergie bij kleine kinderen komt steeds vaker voor, waarbij koemelkallergie de meest voorkomende voedselallergie is. Die uit zich onder meer in huiduitslag, onrustig en slecht drinken of slapen en veel huilen. “Koemelkallergie bij kinderen wordt onderschat”, zegt De Jong. “Mensen denken vaak alleen aan huidklachten. Maar het kan ook veel buikpijn geven, een structureel verstoorde nachtrust of een groei- of ontwikkelingsachterstand. Allerlei effecten op latere leeftijd, met een enorme impact op het hele gezin.”
De Jong werkt samen met allergie-experts van FrieslandCampina aan het ontwikkelen van een additief voor hypo-allergene babymelk. Met de subsidie van NWO/STW kan het product vanaf augustus gedurende twee jaar worden getest bij kleine kinderen. Dit gebeurt in samenwerking met UMC Groningen en Wageningen Universiteit, waarbij de klinische kant van de studie plaatsvindt in het Erasmus MC en UMCG.

Eiwitten
Parallel hieraan wordt in Wageningen onderzocht welke verwerkingsmethoden van koemelkeiwitten verantwoordelijk zijn voor het ontstaan van de koemelkallergie en welke eiwitten juist zorgen voor het minder reageren op koemelk, de zogeheten tolerantie-inductie.

Elimineren
De meeste kinderen groeien uiteindelijk binnen twee à drie jaar over koemelkallergie heen. Normaliter krijgen de kinderen in deze periode alleen speciale koemelkvrije producten. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat het proces van tolerantie-inductie voor koemelk-eiwitten kan worden bespoedigd door de eiwitten op een andere manier verwerkt toch aan het kind te geven, in plaats van het volledig  elimineren, wat zelfs als ze het product incidenteel binnenkrijgen voor ernstige klachten kan zorgen.
De Jong: “We gaan uit van de hypothese dat het volledig elimineren van voedingsmiddelen in sommige gevallen niet tot genezing leidt, en dat voedingsmiddelen wellicht verwerkt of in hele kleine hoeveelheden toch geïntroduceerd moeten worden.”

Voordeel
Voor het onderzoek wordt de samenwerking gezocht met consultatiebureaus. Daardoor kunnen driehonderd kinderen in de leeftijd van 0 tot 2 jaar worden gevolgd. De Jong: “We willen het product aan de allerkleinsten aanbieden, zodra de klachten ontstaan. We hopen hiermee voor zowel ouders als kinderen op een betere kwaliteit van leven. Indien de kinderen eerder over hun koemelkallergie heen groeien en gewone koemelk kunnen drinken, zal het uiteindelijk zeer kosteneffectief zijn.”

Bron: ErasmusMC

Terug naar het nieuwsoverzicht