Foliumzuur: inname bevolking niet optimaal
De voorziening met foliumzuur in Nederland is verre van optimaal, vooral rondom de zwangerschap. De Gezondheidsraad ziet echter geen reden het huidIge beleid met betrekking tot suppletie of verrijking te wijzigen. Wel vindt de raad het verrijken van basisvoedingsmiddelen zoals brood en broodvervangers met foliumzuur het overwegen waard. Maar de raad waarschuwt wel voor het overschrijden van de veilige bovengrens van inname, met name voor kinderen.
Belangrijkste conclusies uit het rapport:
1. Het gebruik van extra foliumzuur rondom de zwangerschap kan veel beter
Sinds 1996 luidt het advies dat vrouwen met een zwangerschapswens 400 microgram foliumzuur gebruiken, vanaf minimaal 4 weken voor tot 8 weken na de conceptie. Dit advies wordt slecht opgevolgd. Ruim driekwart van de vrouwen met een niet-Nederlandse achtergrond of lage opleiding en ongeveer de helft van de hoog opgeleide vrouwen met een Nederlandse achtergrond gebruikt geen foliumzuursupplement rond de conceptie of begint te laat. Er is dus duidelijk meer aandacht nodig voor verdere verbetering in de inname van foliumzuur rond de conceptie.
2. De inname van foliumzuur lijkt niet optimaal
Voedselconsumptieonderzoek suggereert dat ongeveer de helft van alle Nederlandse volwassenen een te lage foliumzuurinname heeft. Beperkt beschikbaar biochemisch onderzoek naar de foliumzuurstatus zwakt deze suggestie echter af: de foliumzuurstatus is mogelijk onvoldoende bij 8 tot 25 procent van de volwassenen en ouderen. Ook de inname van foliumzuur bij jonge kinderen is niet optimaal.
3. Overweeg verrijking van voedingsmiddelen
De Gezondheidsraad verwacht dat het nog lang duurt voordat de foliumzuurvoorziening rondom de zwangerschap optimaal is. Daarom is verrijking van basisproducten met foliumzuur een overweging waard, zodat een ?bodem gelegd kan worden? onder de inname van vrouwen met een zwangerschapswens. Het blijft dan wel nodig een extra foliumzuurpreparaat rondom de zwangerschap te gebruiken. Op dit moment zijn er fabrikanten die extra foliumzuur toevoegen aan hun producten. Dit gebeurt via een vrijstelling. Er mag maximaal 100 microgram foliumzuur per 100 kcal aan voedingsmiddelen worden toegevoegd. De raad vindt dat dit huidige vrijstellingsbeleid moet worden aangescherpt, zodat kinderen niet het risico lopen teveel foliumzuur binnen te krijgen. Er is nog weinig onderzoek naar de mogelijke risico?s van overschrijding. Onderzoek bij volwassenen suggereert dat hoge doses foliumzuur de ontwikkeling van dikkedarmkanker kan bevorderen. Om die reden adviseert de raad dat patiënten met goedaardige gezwellen in de dikke darm geen foliumzuurpreparaten gebruiken
De Gezondheidsraad vindt nader onderzoek nodig naar het effect van het te kiezen beleid voor de foliumzuurinname. Ook vindt de Gezondheidraad dat de voedingsnormen voor foliumzuur moeten worden geëvalueerd en mogelijk naar beneden worden bijgesteld.
Bron: Gezondheidsraad
